Het woningbouwproject "La Sabbia" in Utrecht, vernoemd naar het Italiaanse woord voor zand, valt op door zijn opvallende contrasten. Een opvallend kenmerk is het licht-donkerverloop van boven naar beneden, gemaakt van Röben-klinkers in verschillende kleuren. Dit geeft op het eerste gezicht de indruk van een zandstorm.

‍

Sinds 2001 wordt in het westen van Utrecht de wijk "Leidsche Rijn" ontwikkeld als het grootste nieuwbouwproject in Nederland. Tegen 2025 zullen hier ongeveer 33.000 nieuwe woningen worden voltooid voor in totaal 100.000 bewoners. Een van de recent gerealiseerde nieuwbouwprojecten daar is het appartementencomplex genaamd "La Sabbia", gelegen aan de rand van een klein park. Het appartementencomplex, ontwikkeld volgens de plannen van Just architects uit Amstelveen, omvat in totaal 24 hoogwaardig uitgeruste appartementen met individueel aangepaste plattegronden, verdeeld over acht verdiepingen met een bruto vloeroppervlakte van 4.100 vierkante meter.

Kenmerkend voor het nieuwe gebouw is de gevarieerde architectuur die naar boven toe smaller wordt, met opvallende inspringende vormen en balkons die onregelmatig uitsteken naar het oosten en westen, en doorlopende hoekbalkons. Het ongebruikelijke ontwerpprincipe maakt een optimale integratie in de omgeving mogelijk. "Het nieuwe gebouw moest zich als een architectonisch kunstwerk in het groene landschap voegen en vanuit verschillende gezichtspunten interessante perspectieven bieden," vat projectarchitect Nesja Zahtila de uitdaging samen.

Bovendien wordt de fusie van architectuur en landschap ook bereikt door de begane grond aan drie zijden in een groene aarden wal in te bedden: "Op deze manier is het parkniveau hier alleen zichtbaar vanuit het zuiden," legt Nesja Zahtila uit. "Aan de andere kant opent de wal, die begaanbaar is voor fietsers en voetgangers, de opslagruimtes op de eerste verdieping."

Het concept van de architecten wordt benadrukt door een levendige vormgeving van de gevel. Om het nieuwe gebouw ondanks zijn omvang zo harmonieus mogelijk in de omgeving te integreren, is besloten om de gevels boven een donkere sokkel steeds lichter te maken naar boven toe: "Zo heeft het gebouw een krachtige basis van donker metselwerk behouden, terwijl het naar boven toe optisch versmelt met de lucht door lichtere stenen en de zich versmallende vorm," beschrijft Nesja Zahtila de indruk.

Om het gewenste resultaat te bereiken en een hoogwaardige, duurzame gevel te creëren, werden de Röben-klinkers FARO in zwart en grijs nuance en de OSLO in parelwit gebruikt in het regionale Waalformaat. "De stenen hebben een mooie gladde oppervlakte en een consistente kleur," legt Nesja Zahtila uit. "Dat was hier bijzonder belangrijk, zodat de kleurovergang goed tot zijn recht komt en de gevel niet overladen lijkt. Bovendien hebben de stenen een zeer lage wateropname en zijn ze vuilafstotend." Om de gewenste kleurovergang te creëren, werden de stenen ter plaatse volgens een speciaal ontwikkeld "algoritme" op de gevel verdeeld: "Daarna hebben we steeds minder donkere en steeds meer lichte klinkers naar boven toe gebruikt," aldus Nesja Zahtila. "De metselaar wist precies welke klinker hij waar moest gebruiken."

Het levendige effect wordt versterkt door de opbouw van het metselwerk in een wild verband met onregelmatig wisselende koppen en lopers, evenals het gebruik van balkonbalustrades met onregelmatig geperforeerde aluminium panelen. In de combinatie van verschillende ontwerpelementen is een vloeiende en zwevende gevelindruk gecreëerd, die het gebouw optisch verbindt met zijn omgeving, als een zandwervelwind. "De naam 'La Sabbia' ontstond eigenlijk vanzelf," blikt Nesja Zahtila terug.

‍